Presentie – met open vizier vechten
Ik heb de voorbije maanden veel vorming gegeven over de presentiebenadering. Deelnemers hebben me meerdere keren iets gezegd à la:
Het is toch anders dan ik op voorhand gedacht had.
Dat had met verschillende dingen te maken, maar 1 daarvan is dit:
Het aspect ‘vechten’ binnen de presentiebenadering.
Men veronderstelt vaak dat presentie vooral zacht is.
‘Present’ als in een teder tafereel, of een stilleven.
Terwijl ik het (ook) sterk associeer met ’tough’.
Zacht
Ja, er wordt veel werk gemaakt wordt van rekening houden met wat er misschien wel gaande is en speelt en belangrijk is bij de zorgontvanger.
Dat daar stevig op ingezet wordt, dat klopt.
Daar is presentie radicaal in.
(radicaal – radix = wortel)
Dit kán betekenen dat je beslist om (te proberen) tegemoet te komen aan iets dat belangrijk is voor de persoon, dat je beslist dat goede zorg in dit geval vraagt om af te wijken van wat standaard is.
Tough (1)
Dat kan vragen om de ‘toughness’ en moed op te brengen om je mond te openen en het gesprek aan te gaan met (en soms ook tegen) je collega’s: waarom je denkt dat er moet afgeweken worden van de standaard.
Tough (2)
Dit kan ook betekenen dat, nu je weet wat zo belangrijk is voor de persoon, je stevig werk maakt van duidelijk maken dat je niet kan of wil tegemoet komen aan dit belangrijke, en waarom, of dat je dingen helemaal anders bekijkt.
Het kan betekenen dat je een conflict ingaat en aangaat.
Tough in presentiestijl
De presentiebenadering staat voor een bepaalde vechtstijl.
Met open vizier.
Stevig.
Bereid om de strijd aan te gaan.
Tegelijkertijd zorgzaam voor de ander, voor diens waardigheid, bewust van wat pijn kan doen of waar behoefte aan is.
Zorgzaam ook voor de relatie.
‘Presentie’, niet als een stilleven, maar als een ruzie, met de wakkerheid die je kan ervaren in een goeie ruzie.
Met die extra dosis wakkerheid om óók zorg op te nemen opdat de ander zich gehoord/gezien en gerespecteerd voelt.
Dat kan zo onhandig verlopen als in een relatie met je partner, met spijtgevoelens achteraf, of angst dat je misschien wel kwetsende dingen gezegd of gedaan hebt, of dat je de dag erna pas beseft dat het je om iets anders ging, of dat het de ander misschien om iets anders ging dan je doorhad.
En dan erop terugkomen. Dat zeggen of vragen.
Een nieuwe ronde.
Vriendelijke groeten,
Johan Van de Putte